Blijf ons steunen, zodat we met elkaar nóg meer impact kunnen maken
Blijf ons steunen, zodat we met elkaar nóg meer impact kunnen maken
Duizenden donateurs gingen je voor
Hoe was het mogelijk dat een vrij en modern land (Iran) zich in een jaar tijd liet transformeren tot een dictatuur? Die vraag beantwoord schrijfster Shohreh Feshtali feilloos met anekdotes en goede analyses over hoe het mechanisme werkt. En dat vermogen is meteen de reden voor haar grote zorg, want ze ziet exact hetzelfde zich weer voltrekken maar nu met als overtreffende trap, dat er ook inbreuk op onze lichamelijke integriteit wordt gepleegd middels een vaccin dat mondiaal (in)direct verplicht wordt.
Shohreh Feshtali vluchtte ca. 30 jaar geleden naar Nederland vanwege doodsbedreigingen aan het adres van haar man. Hij was in het bezit van het omstreden boek "De Duivelsverzen" van Salman Rushdie en daarop stond een Fatwa, oftewel de doodstraf.
Na 11 jaar bij de belastingdienst gewerkt te hebben en een perfecte integratie voelde zij zich thuis in Nederland als nooit te voren. Maar sinds maart 2020 zag ze het land transformeren in een land van onderdrukking met steeds minder vrijheden. "De parallellen met Iran uit de jaren 70 zijn ongekend", vertelt Feshtali in een uitgebreid interview dat daags na deze video op dit kanaal getoond zal worden.
Eerder behandelden we al de Open Brief aan Mark Rutte - in een aparte video - die de aanleiding was voor Flavio Pasquino om contact met de Iraanse schrijfster te zoeken die maandag 8 maart 2021 haar debuutroman "Gesluierde jaren" lanceert.
Het Parool:Waarom je klassieker De Duivelsverzen gelezen moet hebben
Geachte heer Rutte,
27 jaar geleden ben ik in Nederland terechtgekomen. Ik wist niets van het land, behalve dat het een land was van tulpen, traditionele molens en vrije mensen. Tulpen zijn er nog, maar de prachtige molens zijn vervangen door koude, zielloze windmolens. En vrijheid, tja… daar kom ik zo op terug.
Ik werd meteen verliefd op het mooie, vrije en nuchtere Nederland. Het was hier namelijk zó anders dan waar ik vandaan kwam. Ik, een jonge vluchtelinge, was in de hemel beland, zo voelde het: ik mocht met iedereen praten, handen schudden, anderen in de ogen kijken, lachen, flirten, complimenten geven en knuffelen. Ik zag mensen elkaar de helpende hand reiken. Je kon aan elkaar leunen, letterlijk en figuurlijk.
Op straat zag ik vriendelijke gezichten, ik genoot van de geestige opmerkingen als ik in de supermarkt tegen iemand aanbotste, van de gezellige babbeltjes bij de kassa, van de leuke gesprekken met zomaar iemand op Koninginnedag. Er werden wijkbijeenkomsten georganiseerd om bewoners dichter bij elkaar te brengen. Nederland was mooi en Nederlanders waren menselijk.
Ik werd met open armen ontvangen en voelde me vanaf dag één veilig. Als ik op bed lag, dacht ik vaak: beseffen de mensen hier wel hoe gelukkig zij zijn met al die vrijheid? Waarderen ze het wel? Op mijn vraag: ‘Waarom dragen scholieren hier geen uniform?’ kreeg ik als antwoord: ‘Dat is in strijd met onze grondrechten. Wij zijn vrij om te dragen wat we willen, dat mag niet door anderen bepaald worden.’
De nuchterheid en de vrije Nederlandse geest verbaasden mij telkens weer. In Nederland leerde ik dat ieder mens waardevol is, dat iedereen vrij is om zijn dromen na te jagen en dat ieder individu zelf bepaalt hoe hij of zij behandeld wenst te worden. In Nederland heb ik geleerd dat de overheid voor jouw belangen moet opkomen en dat een burger dus op de overheid kan vertrouwen.
Hoe anders was dat in mijn geboorteland, waar de vrijheid van burgers was afgepakt. Na de machtsovername in 1979 was hun leven drastisch veranderd. Een mooi, modern en gelukkig land was getransformeerd tot een dictatoriale staat: mensen mochten op straat niet meer naast elkaar lopen of naast elkaar in de auto zitten, behalve als ze tot één huishouden hoorden. Je dagelijkse handelingen werden voor je bepaald en waren tot in detail in een protocol vastgelegd. Zoals wat je in het openbaar moest dragen of dat er op straat niet met elkaar mocht worden gesproken. Handen schudden? Concerten? Dicht bij elkaar staan? Knuffelen? No way! Spontaan een terrasje pakken of sporten? Demonstraties? Strikt verboden! Als ik deze verhalen aan Nederlanders vertelde, konden zij niet geloven hoe de Iraanse burgers het zo ver hadden laten komen! Ik ook niet. Ik gaf de schuld aan de generatie van mijn vader. Waarom hadden zij dat toegelaten? Waarom hadden zij zo gemakkelijk hun basisrechten afgestaan?
Meneer Rutte, met ongeloof in mijn ogen zie ik de geschiedenis zich herhalen. In mijn geboorteland gebeurde het uit naam van het geloof, omdat het regime ons naar hemel wilde leiden. In mijn nieuwe vaderland gebeurt nu hetzelfde, maar dan omdat men ons in leven wil houden. In beide gevallen doet men het ‘voor ons eigen belang’. Kennelijk hebben wij allemaal een extreem laag IQ en weten we niet hoe we dat zelf moeten doen.
Al heel lang zie ik mensen angstig en onzeker op straat lopen en afstand van elkaar houden. Ze zijn bang om ziek te worden of om anderen te besmetten. In de supermarkt komt niemand naast je staan, niemand durft je aan te raken, je een knuffel te geven, collega’s willen niet langer samen met je de lift in. We feliciteren elkaar niet meer persoonlijk, maar online. Allemaal dankzij die anderhalve meter maatregel. En als je niet oppast, loop je de kans dat je buurman je verlinkt. Waarom? Omdat hij zo ontzettend bang is gemaakt voor het besmettingsgevaar.
Wat een gelijkenis met waar ik vandaan gevlucht ben, meneer Rutte! Waar ik vandaan kom, haten de burgers hun leiders, omdat zij hun land naar de afgrond zien gaan. De burgers vertrouwen ook elkaar niet langer. Ze zijn bang en onzeker, moe en moedeloos. Ook de burgers van uw land, van ons land, zijn ongelukkig. Alle elementen die het leven mooi en spontaan maken is hen afgenomen. Velen zijn zwaar depressief, ziet u dat zelf niet? Die anderhalve meter is voor u heel anders dan voor een alleenstaande moeder met drie kleine kinderen op driehoog achter. Of voor een horecaondernemer die op de rand van het faillissement staat. Of voor een bejaarde die in een verzorgingshuis de laatste fase van zijn of haar leven doorbrengt.
Ondernemend Nederland is erg teleurgesteld in u en uw beleid. Datzelfde geldt voor het zorgpersoneel, dankzij alle door u ingevoerde bezuinigingen. De politie is er niet langer om ons te beschermen, maar om ons te controleren, ons te bestraffen, te pijnigen. Ziet u, als intelligente man, werkelijk niet dat u mensen ernstig beschadigt met uw aanpak? Hoort u niet de roep van uw volk?
De psychische gezondheid van Nederland staat zwaar onder druk, meneer Rutte. Door die anderhalf meter afstand kijken uw burgers met angst naar elkaar. Het is uw plicht als premier om daar nu iets aan te doen. U kunt nu de held van uw land worden. U bent premier dankzij onze stemmen. Daarom vraag ik u met klem: haal de angst en onzekerheid weg bij uw burgers. Ooit heb ik ervoor gekozen om mijn leven in een vrij land voort te zetten, om een vrije Nederlander te worden. Die vrije Nederlander wil ik ook blijven. Het is aan u om die vrijheid te waarborgen.
Hoogachtend,
S. Feshtali
Reacties